3.1 De buurtapp (B1)

 0    21 Datenblatt    w464jhbkjf
mp3 downloaden Drucken spielen überprüfen
 
Frage Antworten
pojemnik
Lernen beginnen
de container
Hij doet het tuinafval in de groencontainer.
cyfrowy
Lernen beginnen
digitaal
Je moet het formulier digitaal invullen, dus niet op papier.
świadek
Lernen beginnen
de getuige
Een getuige heeft gezien hoe de dief de winkel uit rende.
wspólnie
Lernen beginnen
gezamenlijk
We kiezen gezamenlijk een datum voor het uitje. We moeten het samen eens zijn.
taczka
Lernen beginnen
de kruiwagen
Hij heeft het zand met de kruiwagen naar de tuin gebracht.
ogłoszenie
Lernen beginnen
de mededeling
Er is nog een mededeling: het afval wordt om acht uur opgehaald.
zostać poinformowanym (o)
Lernen beginnen
op de hoogte zijn/brengen (van)
Ben je al op de hoogte van het laatste nieuws?
ofiara
Lernen beginnen
het slachtoffer
Er is een ongeluk gebeurd. Het slachtoffer is naar het ziekenhuis gebracht.
spotkanie
Lernen beginnen
de bijeenkomst
Tijdens de bijeenkomst praten we over een nieuwe speeltuin.
liść, liście
Lernen beginnen
het blad, de bladeren
In de herfst vallen de bladeren van de bomen.
komunikować się
Lernen beginnen
communiceren
Op je werk moet je goed communiceren. Je vertelt wat je doet en je vraagt dingen die je niet begrijpt.
właściwie
Lernen beginnen
eigenlijk
Ik ken je nog niet. Hoe heet je eigenlijk?
odpowiedni
Lernen beginnen
geschikt
Dit lesboek is geschikt voor beginners.
włamywać się
Lernen beginnen
inbreken
Er is bij ons ingebroken. Onze laptops zijn gestolen.
latarnia
Lernen beginnen
de lantaarnpaal
Deze lantaarnpaal is kapot, dus de weg is hier heel donker.
dołączyć
Lernen beginnen
meedoen
We gaan een spelletje spelen. Wil je meedoen?
pomocny
Lernen beginnen
nuttig
Een mobiele telefoon is altijd nuttig. Je kunt bellen, informatie opzoeken en hij heeft zelfs een zaklamp.
latarka
Lernen beginnen
een zaklamp
zmartwiony
Lernen beginnen
ongerust
Het is al laat, mijn dochter is nog niet thuis. Ik ben ongerust.
druga strona
Lernen beginnen
de overkant
Aan deze kant van de straat is geen plaats. Mijn auto staat aan de overkant.
tak sobie, tak ot tak
Lernen beginnen
zomaar
Waarom kom je langs? - Zomaar, zonder reden.

Sie müssen eingeloggt sein, um einen Kommentar zu schreiben.