ik wil graah een ander huis

 0    67 Datenblatt    esus
mp3 downloaden Drucken spielen überprüfen
 
Frage Antworten
opowiedz o sobie
Lernen beginnen
vertelt ower jezelf
wypełnij formularz
Lernen beginnen
vul het volmulier in
ja mieszkam na drugim piętrze
Lernen beginnen
ik woon op de tweede verdieping
ja sadzę ze to jest fajne
Lernen beginnen
dat vind ik fijn
mój dom jest jasny
Lernen beginnen
mijn huis is licht
ulica jest cicha, spokojna
Lernen beginnen
de straat is rustig
ulica jest ruchliwa
Lernen beginnen
de straat is druk
to uwazam ja nie za fajne
Lernen beginnen
dat vind ik niet zo fijn
na zewnatrz jest głośno
Lernen beginnen
de buren maken lawaai
to Uważam za irytujące
Lernen beginnen
dat vind ik vervelend
Dzielę pokój z moim bratem
Lernen beginnen
ik deel een kamer met mijn broer
to mi pasuje
Lernen beginnen
dat vind ik prima
miejscowość, dom, miejsce zamieezkanis
Lernen beginnen
woonplaats
jakie jest twoje miejsce zamieszkania
Lernen beginnen
wat is je woonplaats
z kim mieszkasz w domu
Lernen beginnen
met wie woon je in het huis
ile pokoi ma dom
Lernen beginnen
hoeveel kamers heeft het huis
co ci się nie podoba
Lernen beginnen
wat vind je niet zo fijn
blisko centrum
Lernen beginnen
vlakbij het centrum
ja chce najlepiej dom z grodem
Lernen beginnen
ik wil het liefst een huis met een tuin
ile chcesz płacić ty czynszu?
Lernen beginnen
hoeveel huur wilt je betalen?
czynsz jest drogi
Lernen beginnen
de huur is duur
zamiana domów
Lernen beginnen
woningruil
nie więcej niż dwa tysiące miesięcznie
Lernen beginnen
niet meer dan twee duizen per maand
codziennie
Lernen beginnen
elke dag
wszystko
Lernen beginnen
van alles
lubisz czekoladę?
Lernen beginnen
hau je van chocola
lubisz czekoladę?
Lernen beginnen
vind je chocola lekker?
Lubsz chleb?
Lernen beginnen
vind je brood lekker?
Nie lubię chleba
Lernen beginnen
ik vind brood niet lekker
nie lubię chleba
Lernen beginnen
ik hou niet van brood
bardzo lubię chleb
Lernen beginnen
ik hou veel van brood
nadwaga
Lernen beginnen
het overgewicht
wcześnie
Lernen beginnen
vroeg
doświadczenie
Lernen beginnen
de ervaring
blok
Lernen beginnen
de flat
wejście
Lernen beginnen
de ingang
Kot
Lernen beginnen
de poes
klucz
Lernen beginnen
de sleutel
chodnik
Lernen beginnen
de stoep
ten, ta, to
Lernen beginnen
deze
uwelbiający
Lernen beginnen
gek op
zawiesić
Lernen beginnen
hangen
notatka karteczka
Lernen beginnen
het briefje
prace dorywcze drobne prace
Lernen beginnen
klussen
mi, mnie, mną ja
Lernen beginnen
mij
odebrać
Lernen beginnen
ophalen
opiekować sie
Lernen beginnen
oppassen
posprzątać
Lernen beginnen
opruimen
pani pana
Lernen beginnen
uw
jego
Lernen beginnen
zijn
opiekować sie
Lernen beginnen
zorgen voor
zgubione klucze
Lernen beginnen
sleutels kwijt
mój kot kocha dzieci
Lernen beginnen
mijn poes gek op kinderen
co musisz zrobić
Lernen beginnen
wat moet je doen
co to jest
Lernen beginnen
wat is het
w czym jesteś dobry, co potrafisz ty dobrze
Lernen beginnen
wat kun je goed
chcesz komuś pomóc
Lernen beginnen
je wilt imand helpen
chciałbyś pomóc
Lernen beginnen
je wilt graag hulp hebben
ja znalazłam coś w pobliżu swojego domu
Lernen beginnen
ik vind iets vlakbij je huis
czyj jest kot
Lernen beginnen
van wie is poes
kto może mi pomóc
Lernen beginnen
wie kan mij helpen
ja potrafię i mogę dobrze sie opiekować
Lernen beginnen
ik kan goed oppasen
ja mam duże doświadczenie
Lernen beginnen
ik heb veel ervaring
Uwielbiam frytki
Lernen beginnen
ik ben gek op patat
ona uwielbia chipsy
Lernen beginnen
ze is gek op chips
Jaki jest twój adres?
Lernen beginnen
wat is uw adres mevrouw
oni uwielbiają chipsy
Lernen beginnen
ze gek op chips

Sie müssen eingeloggt sein, um einen Kommentar zu schreiben.