das Wörterbuch Deutsch Minus niederländisch

Deutsch - Nederlands, Vlaams

menschlich Holländisch:

1. mens mens


Er bestaat geen naieve vos. Op dezelfde manier bestaat er ook geen mens die zich nooit vergist.
Ieder mens moet sterven.
Een mens die een boom heeft ingeslikt, verandert in een boom die een mens heeft ingeslikt.
Een eerlijke vinder is een mens, die bij de vondst van iets kostbaars, vaststelt dat iemand hem gezien heeft.
Beter een mens zonder geld, dan geld zonder een mens.
Vindt ge dat raar dat zelfs ik een mens ben?
Wie heeft de grootste hersenen, een olifant of een mens?
De mens wikt, God beschikt.
Ik geef toe dat ik niet de meest ordelijke mens ter wereld ben.
Beoordeel een mens niet op zijn uitzicht.
Idioot is de mens die anders denkt dan ik.
Een vogel kent men aan de vlucht, en een mens aan de daden.
Een mens die onopzettelijk gezondigd heeft vergeeft God gemakkelijk.
Bijgeloof komt voort uit het onvermogen van de mens om te erkennen dat toevalligheden simpelweg toevalligheden zijn.
Ik ben een mens met tekortkomingen, maar het zijn tekortkomingen die makkelijk verholpen kunnen worden.