1. verpleger
Ik wil dokter worden, of verpleger, of leraar.
Holländisch Wort "nurse"(verpleger) tritt in Sätzen auf:
woordjes hst 72. verpleegkundigen
Holländisch Wort "nurse"(verpleegkundigen) tritt in Sätzen auf:
Engels A2 hoofdstuk 5 les 43. verpleegster
Ze is verpleegster.
De verpleegster verpleegde de zieken met toewijding.
Tijdens haar middelbareschooltijd zei haar grootvader die in het ziekenhuis lag, vriendelijk aan een verpleegster: "Hartelijk dank, ge helpt mij enorm.", en dat was voor haar indrukwekkend.
Holländisch Wort "nurse"(verpleegster) tritt in Sätzen auf:
Beroepen in het Engels