das Wörterbuch vietnamesisch Minus niederländisch

Tiếng Việt - Nederlands, Vlaams

biển Holländisch:

1. zee zee


Wat een lekker warm water in zee!
De zee is ver van rustig.
Hij reist over zee.
De Hanish-eilanden zijn een eilandengroep in de Rode Zee.
Als we de huur betalen aan de huiseigenares, zullen we geen geld meer hebben voor eten; we zitten tussen de duivel en de diepe blauwe zee.
Te koop: vrijstaande woning met garage en 1200 m² grond op een mooie locatie aan zee.
Het zicht op de zee vanaf de bergtop is mooi.
Vele mannen stierven op zee.
In zee te zwemmen betekent niet de zee te bezitten.
Later, toen ze weg waren gegaan, was er geen levende ziel meer te bekennen op de kade, de stad met zijn cipressen leek totaal uitgestorven, maar de zee bruiste nog en sloeg tegen de kust.
Kop op, Johan. Er zijn meer vissen in de zee.
Tussen Europa en Azië ligt geen zee.
Ik ben het niet die mij op zee bestuur, wie mij bestuurt is de zee.
Daarna ontmoetten ze elkaar iedere middag op de kade, ontbeten samen, dineerden, wandelden en bewonderden de zee.
Ze hebben de hoogste bergen beklommen en op de bodem van de zee gelopen.

Holländisch Wort "biển"(zee) tritt in Sätzen auf:

Các khái niệm địa lý trong tiếng Hà Lan
Geografie termen in het Vietnamees

2. strand strand


Ik heb mijn vakantie aan het strand doorgebracht.
We speelden op het strand.
Ze zat op een leeg strand naar de één voor één aanspoelende golven te kijken.
Laten we na het eten langs het strand wandelen.
De boulevard loopt evenwijdig aan het strand.
Ik bracht de hele dag door aan het strand.
Wij gingen naar het strand om te zwemmen.
Hij gaat graag af en toe eens naar het strand.

Holländisch Wort "biển"(strand) tritt in Sätzen auf:

Từ vựng về biển trong tiếng Hà Lan
Beach woordenschat in het Vietnamees