→ Zdania Różne 36 → Start Lernen / Flashcards Herunterladen MP3

Lernen beginnen

Frage		Antworten
Chciałabym rachunek. Lernen beginnen		Ik wil graag de rekening.
poważnie Lernen beginnen		ernstig
tchórzliwy Lernen beginnen		laf
Zrobię wszystko, co jest potrzebne. Lernen beginnen		ik doe alles wat nodig is.
Skąd to wiesz? Lernen beginnen		Hoe weet je dat?
O czym on mówi? Lernen beginnen		Waar praat hij over?
Uwielbian podróżować. Lernen beginnen		Ik hou van reizen.
Muszę przemyśleć. Lernen beginnen		Ik moet even nadenken.
przytrzymać Muszę z nią porozmawiać, jak tylko ją złapiecie. Lernen beginnen		aanhouden Ik moet met haar spreken zodra ze wordt aangehouden.
Regularnie spotykam się z przyjaciółmi. Lernen beginnen		Ik ontmoet regelmatig mijn vrienden.
Co zamierzasz zrobić później? Lernen beginnen		Wat ga je straks doen?
Zrobię co w mojej mocy. Lernen beginnen		Ik zal mij best doen.
To się nie może udać. Lernen beginnen		Het zal niet lukken.
To prawdopodobnie będzie wiedziała Kim. Lernen beginnen		Dat zal Kim waarschijnlijk weten.
Masz chwilkę? Lernen beginnen		Heb je even?
Czy wiesz, czy będzie impreza u Kasi? Lernen beginnen		Weet jij of het feest bij Kasia doorgaat?
Kiedy byłam młoda, mieszkałam w Polsce. Lernen beginnen		Toen ik jong was, woonde ik in Polen.
Ten zwyczaj istnieje tylko wśród studentów. Lernen beginnen		Die gewoonte bestaat allen onder studenten.
przed sobą Lernen beginnen		voor me
w jego pokoju Lernen beginnen		op zijn kamer
mam na koncie bankowym. Lernen beginnen		op de bank staan

Zdania różne 36