Zdania różne 37

 0    22 Datenblatt    Monika Cz.
mp3 downloaden Drucken spielen überprüfen
 
Frage Antworten
w mój palec
Lernen beginnen
in mijn vinger
Zdejmę buty.
Lernen beginnen
ik ga mijn schoenen uitdoen.
Muszę założyć płaszcz.
Lernen beginnen
Ik moet mijn jas aandoen.
Muszę zdjąć płaszcz.
Lernen beginnen
Ik moet mijn jas uitdoen.
Mam dużo na głowie.
Lernen beginnen
Ik heb veel aan mijn hoofd.
Ludzie zgromadzili się wokół
Lernen beginnen
Mensen verzamelden zich om de
Jeśli idziesz na dół...
Lernen beginnen
Als je naar beneden gaat...
To jest nielogiczne.
Lernen beginnen
Het is onlogish.
Wiesz, co widziałam wczoraj...
Lernen beginnen
Weet je wat ik gisteren zag...
Masz coś przeciwko?
Lernen beginnen
Vind je dat erg?
marudzić m
Lernen beginnen
marudzić m Holländisch
mopperen
To brzmi trochę żałośnie.
Lernen beginnen
Dat klinkt het klein beetje zielig.
Czy masz na to dowód?
Lernen beginnen
Heb je daar bewijs voor?
Czy masz do tego jakieś wskazówki?
Lernen beginnen
Heb je daar wat tips.
Ile kilogramów przytyłaś?
Lernen beginnen
Hoe veel kilo ben je aangekomen?
Motorower wjechał na niego.
Lernen beginnen
Bromfiets is tegen hem aangereden.
Czy to jest refundowane?
Lernen beginnen
Wordt dat vergoed?
To nie ma sensu.
Lernen beginnen
Het geeft geen zin.
Muszę zostać według lekarza przez tydzień w domu.
Lernen beginnen
Ik moet van de dokter een week binnenblijven.
Mam nadzieję, że w przyszłym tygodniu znów poczuje się lepiej.
Lernen beginnen
Ik hoop dat ik volgende week weer beter ben.
Czy ten autobus jedzie do ...?
Lernen beginnen
Gaat deze bus naar...?
Gdzie powinienem wysiąść...
Lernen beginnen
Waar moet ik uitstappen voor...

Sie müssen eingeloggt sein, um einen Kommentar zu schreiben.