→ Rzeczownik → Start Lernen / Flashcards Herunterladen MP3

Frage		Antworten
een dutje doen Lernen beginnen		zdrzemnąć się
over ditjes en datjes praten Lernen beginnen		mówić o tym i owym
een onderonsje Lernen beginnen		prywatny chat
op het nippertje Lernen beginnen		w ostatniej chwili
een hapje eten Lernen beginnen		przegryzać
limonade met een rietje drinken Lernen beginnen		pić lemoniadę przez słomkę
een ommetje maken Lernen beginnen		zrobić objazd
een gezellig uitje Lernen beginnen		przytulny obiekt
rotje Lernen beginnen		petarda
voorafje Lernen beginnen		przystawka
het blad - het blaadje Lernen beginnen		liść - listek
het gat - het gaatje Lernen beginnen		dziura - dziurka
het glas - glaasje Lernen beginnen		Szkło - szkiełko
het lot - het lootje Lernen beginnen		bilet loterii - bilecik
het pad - het paadje Lernen beginnen		ścieżka - ścieżynka
het schip - het scheepje Lernen beginnen		Statek - stateczek
de staf - het staafje Lernen beginnen		pręt - pręcik
het rad - het raadje Lernen beginnen		koło - kółko
het vat - het vaatje Lernen beginnen		beczki - beczułka
de woning - het woninkje Lernen beginnen		mieszkanie - mieszkanko
de rekening - het rekeningetje Lernen beginnen		rachunek - rachuneczek
de wandeling - het wandelingetje Lernen beginnen		spacer - spacerek
de leerling - het leerlingetje Lernen beginnen		student - studencik
de bezem - het bezempje Lernen beginnen		miotła - miotełka
het museum het museumpje Lernen beginnen		muzeum
de film - de filmpje Lernen beginnen		Film - filmik
de boom - het boompje Lernen beginnen		drzewo - drzewko
de krab - het krabbetje Lernen beginnen		krab
de brug - het bruggetje Lernen beginnen		most - mostek
de vlag - het vlaggetje Lernen beginnen		flaga
de weg - het weggetje Lernen beginnen		droga - dróżka
de pop - het poppetje Lernen beginnen		lalka - laleczka
de bon - het bonnetje Lernen beginnen		paragon
de vrouw - het vrouwtje Lernen beginnen		Kobieta - kobietka
de jongen - het jongetje Lernen beginnen		chłopak - chłopczyk
de tafel - het tafeltje Lernen beginnen		stół - stolik
de auto - het autootje Lernen beginnen		auto - autko
het ei - het eitje Lernen beginnen		jajko - jajeczko
liefkozing Lernen beginnen		pieszczota
verachting Lernen beginnen		pogarda
kinderspelen Lernen beginnen		gry dla dzieci
de brief - het briefje Lernen beginnen		List - liścik
eierdooier Lernen beginnen		żółtko
bejaardenhuis Lernen beginnen		dom starców
weeshuis Lernen beginnen		sierociniec
van oorsprong Lernen beginnen		pierwotnie
verbindingsletters Lernen beginnen		spójki (e, er, en, s)
samenvoegen Lernen beginnen		łączyć
samengestelde substantieven Lernen beginnen		rzeczowniki złożone
verkleinwoorden = diminutieven Lernen beginnen		zdrobnienia
het veer Lernen beginnen		prom
de veer Lernen beginnen		pióro
het schot Lernen beginnen		strzał
de Schot Lernen beginnen		Szkot, ścianka działowa
de raad Lernen beginnen		rada, kolegium
het portier Lernen beginnen		drzwi do samochodu
de portier Lernen beginnen		portier
de patroon Lernen beginnen		wzór
windrichting Lernen beginnen		kierunek wiatru
het aas Lernen beginnen		przynęta
het bal Lernen beginnen		bal
de blik Lernen beginnen		spojrzenie
het blik Lernen beginnen		cyna
de bos Lernen beginnen		wiązka
het bos Lernen beginnen		las
het bot Lernen beginnen		kość
de idee Lernen beginnen		myśl filozoficzna
het idee Lernen beginnen		pomysł
de jacht Lernen beginnen		polowanie
het jacht Lernen beginnen		jacht
de pad Lernen beginnen		ropucha
het pad Lernen beginnen		ścieżka
het stof Lernen beginnen		kurz
de stof Lernen beginnen		substancja
ontlenen aan een andere taal Lernen beginnen		wywodzą się z innego języka
het been - beenderen Lernen beginnen		noga - nogi
het blad - bladeren Lernen beginnen		Liść - liście
het rad - raderen Lernen beginnen		koło - koła
de arbeid - de werkzaamheden Lernen beginnen		praca - prace
de dank - de dankbetuigingen Lernen beginnen		podziękowanie - podziękowania
de hoop - de verwachtingen Lernen beginnen		Nadzieja - oczekiwania
de raad - de raadgevingen Lernen beginnen		Rada - rady
de rede - de redevoeringen Lernen beginnen		powód - powody
de hersenen Lernen beginnen		mózg
de kosten Lernen beginnen		Koszt
de bom - de bommetje Lernen beginnen		Bomba - bombka
het gezin - het gezinnetje Lernen beginnen		rodzina - mała rodzina
de lelie - lelietje Lernen beginnen		lilia
de pop - het poppetje Lernen beginnen		lalka laleczka
blad- blaadje Lernen beginnen		liść płatek
oog- oogje Lernen beginnen		oko - oczko
de pianist - pianiste Lernen beginnen		pianista - pianistka
de leraar - de lerares Lernen beginnen		nauczyciel - nauczycielka
de docent- docente Lernen beginnen		wykładowca - wykladowczyni
de god - de godin Lernen beginnen		Bóg - bogini
de schrijver - schrijvester Lernen beginnen		pisarz - pisarka
de koper- koopster Lernen beginnen		sprzedawca - sprzedawczyni
de Fin - Finse Lernen beginnen		Fin - Finka
de vertaler - vertallster Lernen beginnen		tłumacz - tlumaczka

rzeczownik

Sie müssen eingeloggt sein, um einen Kommentar zu schreiben.

Mehr