VEURS 5vwo Aardrijkskunde begrippen

 0    208 Datenblatt    l151428
mp3 downloaden Drucken spielen überprüfen
 
Frage Antworten
absolute afstand
Lernen beginnen
de afstand uitgedrukt in kilometers
absolute ligging
Lernen beginnen
de unieke ligging van een plaats in het graadnet
afstandsverval
Lernen beginnen
het verschijnsel dat de interactie tussen gebieden afneemt naarmate de afstand toeneemt
amerikanisering
Lernen beginnen
de verbreiding van de Amerikaanse (westerse) cultuur over niet-westerse gebieden
andersglobalisten
Lernen beginnen
groep internationale actievoerders die zich verzet tegen de huidige, sterk door de mno's vormgegeven, globalisering
backwash-effecten
Lernen beginnen
negatieve invloed van een gebied (meestal centrum) op de economische ontwikkeling van een ander gebied (meestal de periferie)
blokvorming
Lernen beginnen
landen zoeken aansluiting en steun bij elkaar om hun positie (vooral economisch en militair) te versterken
communicatie- en informatietechnologie
Lernen beginnen
alle technieken die het mogelijk maken op elektronische wijze te communiceren en informatie van het ene punt naar het andere punt te verspreiden
culturele globalisering
Lernen beginnen
proces waarbij een grotere verwevenheid ontstaan tussen cultuurgebieden
culturele identiteit
Lernen beginnen
centrale waarden van een cultuur waaraan een volk zijn eigenheid ontleent
dekolonisatie
Lernen beginnen
proces waarbij de kolonies zelfstandig worden
economische globalisering
Lernen beginnen
het proces waarbij de verwevenheid tussen gebieden op economisch terrein toeneemt met name door de opkomst van mno's
exploitatiekolonie
Lernen beginnen
een kolonie die door het moederland gebruikt wordt als winstgewest (leveren van grondstoffen, afzetmarkt)
geografische mobiliteit
Lernen beginnen
stroming van mensen, goederen, informatie en ideeën tussen gebieden
globalisering
Lernen beginnen
het proces waarbij de verwevenheid tussen gebieden en samenlevingen op aarde toeneemt
global shift
Lernen beginnen
een (mogelijke) verschuiving van het economische en politieke zwaartepunt van de landen rond de Atlantische Oceaan naar gebieden rond de Stille Oceaan
hegemoniale staat
Lernen beginnen
een land dat gedurende een bepaalde periode grote delen van de wereld domineert op economisch, militair, financieel en cultureel gebied
imperialisme
Lernen beginnen
het proces waarbij landen hun macht in andere delen van de wereld willen uitbreiden door gebieden te veroveren en te controleren
infrastructuur
Lernen beginnen
het geheel aan verbindingen in een bepaald gebied: wegen, waterwegen, spoorwegen, vliegvelden, telefoon, telex, internet
interactietheorie van Ullman
Lernen beginnen
theorie die ervan uitgaat dat uitwisseling van goederen, mensen of ideeën tussen gebieden alleen tot stand komt wanneer aan drie basisvoorwaarden is voldaan: complementariteit, transporteerbaarheid en geen tussenliggende mogelijkheden
lingua franca
Lernen beginnen
de voertaal in een gebied waar meerde talen gesproken worden
lokalisering
Lernen beginnen
de aanpassing van mondiale producten of diensten aan de lokale markt en cultuur
mainport
Lernen beginnen
intercontinentaal knooppunt in een transportnetwerk
markteconomie
Lernen beginnen
een economisch stelsel waarbij het functioneren van de markt bepaald wordt door het principe van vraag en aanbod en waarbij de rol van de overheid bescheiden is
mondialisering
Lernen beginnen
het proces waarbij de verwevenheid tussen gebieden en samenlevingen op aarde toeneemt
netwerken
Lernen beginnen
verbindingen tussen gebieden en landen op economisch, politiek en sociaal-cultureel terrein
productieketen
Lernen beginnen
de route die een product aflegt van idee of grondstof tot dienst of eindproduct
regionale identiteit
Lernen beginnen
groepen mensen en gebieden koesteren hun identiteit en proberen de regionale kenmerken te behouden en te benadrukken
regionalisme
Lernen beginnen
groepen mensen koesteren hun identiteit en proberen de regionale kenmerken te behouden en te benadrukken
relatieve afstand
Lernen beginnen
de afstand uitgedrukt in tijd, geld en moeite die het kost om hem te overbruggen
relatieve ligging
Lernen beginnen
de ligging van een plaats of gebied ten opzichte van andere plaatsen en gebieden
spread-effecten
Lernen beginnen
de positieve economische invloed van een gebied op een ander gebied, zoals externe investeringen en overdracht van kennis, waardoor de welvaart in het gebied toeneemt
transportnetwerk
Lernen beginnen
het geheel van transportlijnen met elkaar verbonden door knooppunten
transporttechnologie
Lernen beginnen
technische voorzieningen die samenhangen met het vervoer van goederen en mensen
triade (triadisch netwerk)
Lernen beginnen
het geheel van verbanden tussen de drie belangrijkste economische machtsblokken (VS, Japan en EU) in de wereld
tijd-ruimtecompressie
Lernen beginnen
proces waarbij de relatieve afstand tussen plaatsen door de moderne transport- en informatietechnologie daalt
uitschuiving
Lernen beginnen
proces van verplaatsing van bedrijven en functies vanuit een centrum naar buiten
vrijhandel
Lernen beginnen
handel waarbij zo weinig mogelijk handelsbelemmeringen zoals invoerrechten bestaan
vestigingskolonie
Lernen beginnen
een gebied waar kolonisten zich blijvend vestigen
wereldorde
Lernen beginnen
de manier waarop de wereld op economisch, politiek en sociaal-cultureel terrein is georganiseerd
WTO (wereldhandelsorganisatie)
Lernen beginnen
internationale organisatie, in 1995 door de westerse landen opgericht, met als doel de bevordering van de internationale handel, de beslechting van handelsconflicten en de opheffing van handelsbarières
aardkern
Lernen beginnen
Het binnenste deel van de aarde, waar warmte ontstaat
aardkorst
Lernen beginnen
De dunne buitenste schil van de aarde, die bestaat uit continentale en oceanische korst.
aardkorstplaten
Lernen beginnen
Delen van de aardkorst die als geheel bewegen ten opzichte van andere aardkorstplaten.
aardmantel
Lernen beginnen
Het deel van de aarde waar de aardkorst op drijft.
aardverschuiving
Lernen beginnen
Het in beweging komen van los verweringsmateriaal op hellingen.
andesiet
Lernen beginnen
Stollingsgesteente dat ontstaat bij vulkaanuitbarstingen in subductiezones.
asthenosfeer
Lernen beginnen
Het gedeelte van de mantel dat gedeeltelijk vloeibaar is en waar de lithosfeer overheen beweegt.
basalt
Lernen beginnen
Stollingsgesteente dat ontstaat bij vulkaanuitbarstingen.
bergstorting
Lernen beginnen
een grote rotsmassa die over een helling naar beneden glijdt.
breuk
Lernen beginnen
Gesteente dat onder invloed van rek of druk in de aardkorst breekt.
breukgebergte
Lernen beginnen
Gebergte dat ontstaat als langs een breuk delen van de aardkorst omhoog komen.
caldera
Lernen beginnen
Het deel van een stratovulkaan dat overblijft als de bovenkant van de vulkaan door explosieve uitbarstingen instort.
chemische verwering
Lernen beginnen
Het oplossen van gesteente door de inwerking van water, zuren en zuurstof
conglomeraat
Lernen beginnen
Een gesteente dat ontstaat wanneer lagen grind worden samengeperst.
convectiestroming
Lernen beginnen
Het systeem van stromingen van gesteente in de mantel.
convergente plaatbeweging
Lernen beginnen
De beweging waarbij aardkorstplaten naar elkaar toe bewegen.
delta
Lernen beginnen
Nieuw land dat ontstaat op de plaats waar een rivier in zee uitmondt en het sediment zich ophoopt.
diepzeetroggen
Lernen beginnen
De diepste plaatsen in de oceaan die ontstaan bij convergente plaatsbewegingen.
divergente plaatbeweging
Lernen beginnen
De beweging waarbij aardkorstplaten uit elkaar bewegen.
doline
Lernen beginnen
Laagte in het terrein die ontstaat doordat grotten in kalksteen instorten.
effusieve eruptie
Lernen beginnen
Een rustig verlopende uitbarsting van een vulkaan.
endogene processen
Lernen beginnen
Processen zoals aardbevingen, vulkanisme, platentektoniek en gebergtevorming die 'van binnenuit'op de aardkorst inwerken.
epicentrum
Lernen beginnen
plaats aan het aardoppervlak die direct boven de haard van de aardbeving ligt.
erosie
Lernen beginnen
De uitschurende werking van water, wind of ijs dat in beweging is.
estuarium
Lernen beginnen
Een trechtervormige riviermonding die ontstaat bij grote eb-en-vloedverschillen.
exogene processen
Lernen beginnen
Processen zoals verwering, erosie en sedimentatie die 'van buitenaf' op de aardkorst inwerken.
explosieve eruptie
Lernen beginnen
Een explosief verlopende uitbarsting van een vulkaan.
fysische verwering
Lernen beginnen
Het verbrokkelen van gesteente door het bevriezen van water, temperatuurwisselingen of de werking van wortels.
gesteentekringloop
Lernen beginnen
De doorgaande omvorming van stollingsgesteente naar sedimentgesteente naar metamorf gesteente.
gneis
Lernen beginnen
Metamorf gesteente dat ontstaat uit graniet.
graniet
Lernen beginnen
Stollingsgesteente dat ondergronds stolt bij intrusies.
horst
Lernen beginnen
De zijde van de breuk die omhoog is bewogen.
hotspot
Lernen beginnen
Vulkanen die niet liggen bij randen van aardkorstplaten maar veroorzaakt worden door mantelpluimen.
hydrologische kringloop
Lernen beginnen
De kringloop van het water.
intrusie
Lernen beginnen
Magma dat ondergronds stolt. Hierbij ontstaat graniet.
kalksteen
Lernen beginnen
Sedimentgesteente dat ontstaat door het samenpersen van schelpen en kalksteen.
karstverschijnselen
Lernen beginnen
Alle verschijnselen die ontstaan door het oplossen van kalksteen.
Koolstofkringloop
Lernen beginnen
De continue verplaatsing van koolstof tussen de atmosfeer, hydrosfeer, biosfeer en lithosfeer.
leisteen
Lernen beginnen
Metamorf gesteente dat ontstaat uit schalie.
lithosfeer
Lernen beginnen
De aardkorst en het bovenste deel van de mantel dat als aardkorstplaten beweegt.
marmer
Lernen beginnen
Metamorf gesteente dat ontstaat uit kalksteen
metamorf gesteente
Lernen beginnen
gesteente dat ontstaat doordat bestaand gesteente onder druk komt en daardoor vervormt.
midoceanische rug
Lernen beginnen
Het 'onderwatergebergte' op de oceaanbodem dat een wereldomspannend geheel vormt.
Pangea
Lernen beginnen
Het supercontinent dat ongeveer 225 miljoen jaar geleden bestond.
platentektoniek
Lernen beginnen
Het bewegen van de aardkorstplaten.
plooien
Lernen beginnen
Gesteente dat door druk in de aardkorst verbogen wordt.
plooiingsgebergte
Lernen beginnen
gebergte dat ontstaat door de druk in de aardkorst waarbij gesteente geplooid en opgeheven wordt.
puinwaaier
Lernen beginnen
De ophoping van stenen die door een aardbeving naar beneden zijn gevallen.
pyroclastisch materiaal
Lernen beginnen
Al het materiaal dat bij een vulkaan uitbarsting in de lucht wordt geslingerd, zoals lava, as en stenen.
schaal van Mercalli
Lernen beginnen
Schaal waarbij de intensiteit van een aardbeving wordt gemeten aan de hand van de hoeveelheid schade die is aangericht.
Schaal van Richter
Lernen beginnen
Schaal waarbij de intensiteit van een aardbeving wordt gemeten aan de hand van de hoeveelheid energie die vrijkomt.
schalie
Lernen beginnen
sedimentgesteente dat ontstaat door het samenpersen van lagen klei.
schild
Lernen beginnen
de kern van het continent, waar de oudste gesteenten voorkomen.
schildvulkaan
Lernen beginnen
Een vulkaan die ontstaat doordat de dun vloeibare basaltische lava 'rustig' vanuit de krater uitstroomt en een uitgestrekt gebied kan bedekken.
schist
Lernen beginnen
Metamorf gesteente dat ontstaat als kleihoudend gesteente onder grote druk komt te staan.
sediment
Lernen beginnen
Het losse materiaal dat door rivieren of de wind wordt meegenomen.
sedimentatie
Lernen beginnen
Het ophopen van sediment op plaatsen waar de snelheid van water op wind afneemt.
sedimentgesteente
Lernen beginnen
Gesteente dat ontstaat door het samenpersen van sediment.
slenk
Lernen beginnen
De zijde van de breuk die omlaag is bewogen.
steenkool
Lernen beginnen
Metamorf gesteente dat ontstaat uit bruinkool.
stollingsgesteente
Lernen beginnen
Gesteente dat ontstaat doordat vloeibare lava of vloeibaar magma stolt.
stratovulkaan
Lernen beginnen
Kegelvormige vulkaan die bestaat uit een gelaagde opbouw van afwisselend as- en lavalagen.
subductie
Lernen beginnen
Het wegduiken van oceaanbodem in de mantel.
transforme plaatbeweging
Lernen beginnen
De beweging waarbij aardkostplaten langs elkaar bewegen.
tsunami
Lernen beginnen
Golven die ontstaan door aardbevingen op de bodem van de oceaan.
verwering
Lernen beginnen
Het uiteenvallen van gesteente door inwerking van water, temperatuur, wortels en zuren
zandsteen
Lernen beginnen
Sedimentgesteente dat ontstaat door het samenpersen van lagen zand.
afgeleide ontwikkeling
Lernen beginnen
Andere partijen of gebieden bepalen de richting waarin en de manier waarop een gebied groeit.
afroming
Lernen beginnen
In een gebied wordt het beste aan natuur, arbeid en kapitaal weggenomen of ingezet ten behoeve van een ander gebied.
agrarische involutie
Lernen beginnen
steeds > ppl in de bevolkingslandbouw zonder dat het basispatroon van werken en productiviteit hierdoor wezenlijk verandert.
agribusiness
Lernen beginnen
Een wereldwijd eco en pol netwerk over de productie van voedsel; v ontwikkelen van nieuwe gewassen t/m verkoop
agrochemische vervuiling
Lernen beginnen
Het door de landbouw in de kringlopen brengen van schadelijke stoffen (mest, insectenbestrijdingsmiddelen).
assimilatie
Lernen beginnen
Migranten passen zich zodanig aan de nieuwe samenleving aan dat ze onherkenbaar worden (eenzijdige beïnvloeding).
assimilatiepolitiek
Lernen beginnen
Overheidsbeleid dat erop gericht is om minderheden onder te brengen in de culturele hoofdstroom.
autocratisch regime
Lernen beginnen
Een dictatoriale regering die zich weinig aantrekt van de mening van de burgers.
autonome ontwikkeling
Lernen beginnen
Het zelf kunnen bepalen van de richting waarin en de manier waarop je wilt groeien.
biodiversiteit
Lernen beginnen
De soortenrijkdom aan planten en dieren.
braindrain
Lernen beginnen
Het wegtrekken van de hooggeschoolde mensen uit een regio.
cirkelmigratie
Lernen beginnen
Het heen en weer reizen van arbeidsmigranten tussen het herkomstgebied en het gebied waar men werk heeft.
complementariteit
Lernen beginnen
Het ene gebied heeft iets te bieden waar in een ander gebied vraag naar bestaat.
culturele minderheid
Lernen beginnen
Een bevolkingsgroep die zich niet verwant voelt met de culturele hoofdstroom van die staat (normen, waarden en tradities).
deagrarisatie
Lernen beginnen
Het proces waarbij de landbouw snel aan betekenis inboet en mensen uitstoot.
duurzaamheid
Lernen beginnen
zoekt evenwicht behoeften bewoners, de milieugevolgen, sociale gelijkheid; geen gevaar voor toekomstige generaties en kringlopen moeten intact blijven.
etnische minderheid
Lernen beginnen
bevolkingsgroep die wat betreft afkomst (ras, volk) binnen een staat kleiner is dan de dominante bevolkingsgroep, vaak verweven met culturele minderheid.
federale staat
Lernen beginnen
Een verbond van afzonderlijke staten die naar buiten optreden als één geheel (bondstaat). Bepaalde binnenlandse aangelegenheden regelen ze ook gezamenlijk (politie).
federalisme
Lernen beginnen
Het streven naar politieke en culturele zelfstandigheid van gebieden binnen een staat.
good governance
Lernen beginnen
transparante manier van besturen; bevolking heeft zeggenschap over besteding belastinggeld en kan regeringsbeleid controleren en beoordelen.
groene revolutie
Lernen beginnen
modernisering vd landbouw door de toepassing van moderne kennis in de vorm van machines, kunstmest, hoogwaardig zaaigoed, fokvee en moderne irrigatie.
hazardmanagement
Lernen beginnen
Een planmatige vorm van gevarenbeheersing door risico's in kaart te brengen, voorzorgsmaatregelen te nemen, en rampenplannen op te stellen en aan de hand daarvan te oefenen.
integratie
Lernen beginnen
Migranten passen zich aan en maken deel uit van de samenleving zonder dat ze volledig onherkenbaar worden (wederzijdse beïnvloeding).
lahar
Lernen beginnen
Een vulkanische modderstroom die bestaat uit een mengsel van water, as en modder.
landdegradatie
Lernen beginnen
Het afnemen van de kwaliteit van de bodems in een gebied.
megastad
Lernen beginnen
Stad van meer dan tien miljoen inwoners, die in de nationale economie een vooraanstaande rol speelt.
moslimfundamentalisme
Lernen beginnen
Zie politieke islam.
nation building
Lernen beginnen
Het proces waarbij gepoogd wordt een nationale eenheid en identiteit te smeden.
overurbanisatie
Lernen beginnen
Een situatie waarbij het aantal inwoners van een stad sneller groeit dan het aantal banen en huizen dat beschikbaar is.
politieke islam
Lernen beginnen
Het aan een religieus verleden ontlenen van claims door moslims over hoe de samenleving ingericht zou moeten worden (moslimfundamentalisme).
regionale autonomie
Lernen beginnen
Situatie waarbij een gebied een zekere mate van zelfbestuur kent.
regionalisme
Lernen beginnen
Een regio krijgt een aparte status binnen een staat, maar de politieke onafhankelijkheid is kleiner dan bij separatisme.
relatieve zeespiegelstijging
Lernen beginnen
De stijging van de zeespiegel ten opzichte van het land, door bv absolute stijging vd zeespiegel, daling van het land (bijvoorbeeld door inklinking) of beiden
risicoanalyse
Lernen beginnen
Het in kaart brengen van de natuurlijke risico's in een gebied.
risicoperceptie
Lernen beginnen
Het persoonlijk inschatten van gevaren.
roofbouw
Lernen beginnen
Het zodanig gebruikmaken van het natuurlijke milieu dat kringlopen beschadigd raken.
rurale involutie
Lernen beginnen
Zie agrarische involutie.
separatisme
Lernen beginnen
Een gebied wil een eigen politieke eenheid vormen door zich af te scheiden van een grotere politieke eenheid.
soft state
Lernen beginnen
Een land met een zwak bestuur, vaak gekenmerkt door corruptie.
subcontracting
Lernen beginnen
Het uitbesteden van werk en dus ook van verantwoordelijkheid aan onderaannemers.
taifoen
Lernen beginnen
Zie tropische cycloon.
transporteerbaarheid
Lernen beginnen
Het kunnen vervoeren van een goed of dienst binnen een redelijke tijd en tegen aanvaardbare kosten.
tropische cycloon (taifoen)
Lernen beginnen
Rondom het oog ontstaat een werveling van draaiende lucht. Dit diepe lagedrukgebied ontstaat bij sterk opstijgende lucht, vooral boven warm zeewater.
tussenliggende mogelijkheden
Lernen beginnen
Alternatieve mogelijkheden tussen twee gebieden die complementair zijn.
urbane involutie
Lernen beginnen
proces waarbij > ppl opgenomen worden in de stedelijke eco (met name de informele sector), zonder dat het basispatroon van werken en productiviteit hierdoor wezenlijk verandert.
vluchtsector
Lernen beginnen
De informele dienstensector.
waterbalans
Lernen beginnen
De hoeveelheid water die een gebied binnenkomt en uitgaat.
zwerflandbouw (ladangbouw)
Lernen beginnen
Het steeds op een andere plaats uitoefenen van akkerbouw door stukken oerwoud plat te branden.
Randstad
Lernen beginnen
Stedelijk gebied gevormd door Amsterdam, Rotterdam, Den haag en utrecht met hun omgeving in een ring gelegen.
deltametropool
Lernen beginnen
de wereldstad aan de monding van grote rivieren
grootstedelijke functies
Lernen beginnen
activiteiten in bedrijvigheid, openbaar bestuur, kennis en cultuur, waarvan de bevolking in de wijde omtrek van de steden gebruikmaakt.
pendelzones
Lernen beginnen
het gebied dat overlapt wordt door de herkomst en bestemmingsplaatsen van forensen
stedelijk netwerk
Lernen beginnen
steden die met elkaar verbonden zijn door infrastructuur en functionele relaties
Noordvleugel
Lernen beginnen
Deel van de Randstad: kernsteden Amsterdam en Utrecht, uitstrekkend van de haven van IJmuiden tot Almere, het Gooi en Amersfoort
Zuidvleugel
Lernen beginnen
Deel van de Randstad: kernsteden Rotterdam en Den Haag, uitstrekkend tot Leiden
Groene Hart
Lernen beginnen
Groen en grotendeels open, landelijk gebied dat tussen de vier grote steden ligt
urban field
Lernen beginnen
stedelijk gebied; ppl op het verstedelijkte plattend werken, winkelen en uitgaan in de stad en de ruimte op het platteland in dienst staat behoeften vd steden
halfwegzone
Lernen beginnen
Verstedelijkt gebied in Noord-Brabant en Gelderland
bereikbaarheid
Lernen beginnen
de mate waarin je binnen korte tijd en zonder moeite kunt komen waar je wilt
ruimtelijke ordening
Lernen beginnen
de wetten en regels van de overheid waarmee bepaald wordt op welke manier de ruimte gebruikt mag worden
sectoraal beleid
Lernen beginnen
beleid dat voor een onderwerp of sector van de samenleving geld (migratie, onderwijs, subsidiebeleid) ten aanzien van huur en koopwoningen
regionale samenwerking
Lernen beginnen
samenwerking tussen de drie bestuurslagen; noodzakelijk omdat de aanspraken van bewoners en bedrijven op de ruimte en voorzieningen vaak de gemeentegrens overschrijden
nota ruimte
Lernen beginnen
Alle plannen van de verschillende ministeries over de ruimtelijke ordening, vastgelegd tot 2020
groeikernen
Lernen beginnen
steden die suburbansiatie moesten opvangen om te voorkomen dat het platteland dicht zou groeien.
groeisteden
Lernen beginnen
aangewezen steden die regionale ongelijkheid in de stad moest tegengaan en de bevolking in leeglopende steden houden.
Vinex wijken
Lernen beginnen
plaats die vanaf 1993 door de overheid is aangewezen om suburbanisatie dmv nieuwbouw op te vangen.
woningbehoefte
Lernen beginnen
aantal woningen gespecificeerd naar soort en locatie dat nodig is om de vraag te voldoen
milieubelasting
Lernen beginnen
druk op het milieu door de vervuiling van lucht, bodem en water
stedelijke distributie
Lernen beginnen
de bevoorrading van winkels, kantoren en horeca
reikwijdte
Lernen beginnen
de afstand die je maximaal wilt afleggen om gebruik te maken van een voorziening
verzorgingsgebied
Lernen beginnen
gebied waar de gebruikers van een voorziening in een stad wonen
drempelwaarde
Lernen beginnen
minimumaantal klanten dat een bedrijf of voorziening nodig heeft om rendabel te zijn
verkeersknooppunt
Lernen beginnen
plaats waar meerdere wegen bij elkaar komen
publiek-private samenwerking (pps)
Lernen beginnen
samenwerking tussen de overheid en het bedrijfsleven
regionaal beleid
Lernen beginnen
beleid waarbij de inrichtingsvoorstellen van verschillende sectoren tot een geheel zijn gesmeed
bestuurlijke netwerken
Lernen beginnen
vrijwillige samenwerkingsverbanden tussen besturen van overheden en maatschappelijke organisaties
kenniseconomie
Lernen beginnen
economie waarbij de productiefactoren arbeid en kapitaal sterk gericht zijn op de ontwikkeling en toepassing van nieuwe technologie
zakelijke dienstverlening
Lernen beginnen
dienstverlening aan overheid en bedrijven
creatieve stad
Lernen beginnen
stad met een hoog aandeel werkende in creatieve beroepen
duale arbeidsmarkt
Lernen beginnen
grote kloof tussen banen voor hoog en laagopgeleiden
stadsvernieuwing
Lernen beginnen
verbeteren van de kwaliteit van woningen door opknappen of sloop en nieuwbouw
herstructurering
Lernen beginnen
Na 1990 een meer gevarieerde bevolkingssamenstelling naleven door nieuwbouw
gentrification
Lernen beginnen
rijke mensen die arbeidswoningen overnemen
buurtprofiel
Lernen beginnen
belangrijkste kenmerken van een bepaalde buurt samengevat
woonomgeving
Lernen beginnen
directe omgeving van woningen (voorgevel, balkon stoep)
woningkenmerken
Lernen beginnen
ouderdom, eigendom, woningtype, staat van onderhoud
bewonerskenmerken
Lernen beginnen
grootte van huishoudens, etniciteit, inkomen, gezinsfase/leeftijd
overlast
Lernen beginnen
hinder die buurtbewoners ondervinden
verloedering
Lernen beginnen
achteruitgang van de fysieke omgeving door bijvoorbeeld vadalisme
objectieve sociale (on)veiligheid
Lernen beginnen
onveiligheid afgemeten aan het aantal criminele feiten dat door de politie is geteld
subjectieve sociale (on)veiligheid
Lernen beginnen
gevoel van onveiligheid dat mensen in de buurt hebben
openbare ruimte
Lernen beginnen
ruimte die er voor iedereen is
toegankelijk
Lernen beginnen
ook kwetsbare mensen kunnen gebruikmaken van de openbare ruimte
onderhoud
Lernen beginnen
tijdig opruimen en herstellen van de openbare ruimte
overzichtelijkheid
Lernen beginnen
goede inrichting en indeling van de openbare ruimte
toezicht
Lernen beginnen
aanwezigheid van een aanspreekpersoon in de openbare ruimte
buur-of wijkvoorzieningen
Lernen beginnen
ontmoetingsmogelijkheden voor de bewoners van een buurt
burgerschap
Lernen beginnen
wijze waarop inwoners deelnemen aan de samenleving en meehelpen deze vorm te geven
sociale cohesie
Lernen beginnen
bereidheid van burgers om een actieve rol te spelen in een buurt
oog
Lernen beginnen
een diep lagedrukgebied

Sie müssen eingeloggt sein, um einen Kommentar zu schreiben.